Nederlands

Handleiding

  • 简体中文
  • 繁體中文
  • 繁體中文
  • 繁體中文
  • Nederlands
  • Nederlands
  • English
  • English
  • English
  • Français
  • Deutsch
  • Deutsch
  • Deutsch
  • Magyar
  • Italiano
  • 한국어
  • Norsk
  • Polska
  • Português
  • Português
  • Русский
  • Español
  • Svenska

HOHNER Mondharmonica-stemapparaat

Voorwoord

HOHNER Mondharmonica-stemapparaat
Het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat is ontwikkeld door Dirk's Projects in samenwerking met HOHNER Muzikale Instrumenten en is ontworpen om mondharmonica-eigenaren in staat te stellen hun eigen instrumenten te stemmen.

Het stemproces is eenvoudig te leren en wordt duidelijk uitgelegd in de videohandleiding.

De stemsoftware kan niet alleen enkele tongen stemmen, maar ook dubbele tongen gestemd in tremolo. Met deze unieke functie kunt u de gewenste zwevingen gemakkelijk en nauwkeurig instellen. zwevingen zijn erg moeilijk te stemmen wanneer u beide tongen apart van elkaar stemt. Met dit stemapparaat kunnen beide tongen gelijktijdig gemeten worden, samen met de klinkende zwevingen, waardoor het heel makkelijk is om de zwevingen te stemmen.

HOHNER Mondharmonica-stemapparaat


Stem zelf uw harmonica met professioneel resultaat

Compatibiliteit



Microsoft
Microsoft
  • Desktop
  • Laptop
  • Netbook
  • Tablet
  • Telefoon
  • Pocket PC
  • Windows 11
  • Windows 10
  • Windows 8.1
  • Windows 8
  • Windows 7
  • Windows Vista
  • Windows XP
  • Windows ME
  • Windows 2000
  • Windows 98
  • Windows Phone
  • Windows RT



Het stemapparaat is beschikbaar in de volgende talen:
  • English
  • English
  • English

Inhoudsopgave

Hoe wordt een mondharmonica gestemd

Een mondharmonica wordt gestemd door kleine hoeveelheden materiaal van de tong af te vijlen of te krassen die aanpassing nodig hebben. De toonhoogte van een tong kan met behulp van speciale gereedschappen op of neer worden gestemd. De onderstaande afbeeldingen tonen de HOHNER-gereedschapset die gebruikt wordt om een mondharmonica te stemmen.
HOHNER Onderhoudsset

De probeerversie

De proefversie is bedoeld om u te helpen een goed beeld te krijgen van de mogelijkheden van het stemapparaat. De proefversie kan gebruikt worden om alle tongen van uw mondharmonica te stemmen. Sommige functies zijn alleen beschikbaar in de volledige versie, zoals het afstemmen van de zwevingen van tremolo tongen en het stemapparaat kunnen vergroten tot een volledig scherm.

De proefversie moet worden geactiveerd elke keer dat het wordt opgestart. Het heeft daarom een internetverbinding nodig. De volledige versie hoeft niet elke keer geactiveerd te worden; Het heeft geen internetverbinding nodig.
HOHNER Onderhoudsset

Een aantal belangrijke termen

  • Frequentie
    het aantal trillingen per seconde van een toon.
  • Geluid
    het geheel van trillingen dat door het menselijke oor waargenomen wordt.
  • Toon
    geluid met een constante frequentie.
  • Noot
    notatie voor een toon met een bepaalde toonhoogte en lengte.
  • Toonladder
    oplopende of aflopende reeks van tonen in een vaste volgorde.
  • Toonhoogte
    de waargenomen toonhoogte van een geluid. Dit is de grondtoon.
  • Grondtoon
    de waargenomen toonhoogte van een geluid is die van de grondtoon. De grondtoon is de laagste toon van de tonen waaruit het geluid is opgebouwd.
  • Boventoon
    een toon in een geluid met een hogere frequentie dan de grondtoon. De boventonen van een geluid zijn veelvouden van de grondtoon.
  • Zweving
    de zweving in geluid die ontstaat door een gering verschil in toonhoogte van twee tegelijk klinkende tonen.
  • Interval
    Het verschil in toonhoogte tussen twee tonen.
  • Semitoon
    het kleinste muzikale interval dat gebruikt wordt in de westerse muziek. Een octaaf bestaat uit twaalf semitonen. In een gelijkzwevende toonladder zijn alle semitonen even groot. Bij een piano is het interval tussen twee opeenvolgende witte toetsen, één semitoon als er geen zwarte toets tussen zit. Als er een zwarte toets tussen de witte toetsen zit, dan is het interval tussen de twee witte toetsen twee semitonen. Het interval tussen de witte toetsen en de zwarte is dan één semitoon. Het interval tussen een toon en dezelfde toon met een kruis (bijvoorbeeld C en C#) is altijd één semitoon.
  • Octaaf
    het verschil tussen twee tonen waarvan de frequentie van de tweede toon dubbel zo hoog is als die van de eerste.
    1 Octaaf = 12 Semitonen.
  • Stemming of temperatuur
    de manier waarop de frequenties van de muzieknoten gekozen worden. In de westerse muziek is de gelijkzwevende stemming de meest populaire. Andere stemmingen zijn bijvoorbeeld: de reine stemming, de stemming van Pythagoras, de middentoonstemming, de welgetempereerde stemming en de 31-toonstemming.
  • Chromatische toonladder
    Een chromatische toonladder is een toonladder die alle twaalf semitonen van het octaaf bevat:
    c – c# – d – d# – e – f – f# – g – g# – a – a# – b (de witte en de zwarte toetsen van een piano)
  • Halve en hele toonafstanden
    Een halve toonafstand is gelijk aan een interval van één semitoon zoals het interval tussen twee opeenvolgende witte toetsten van een piano waar geen zwarte toets tussen zit. Een hele toonafstand is gelijk aan een interval van twee semitonen zoals het interval tussen twee opeenvolgende witte toetsen van een piano waar wel een zwarte toets tussen zit.
  • Diatonische toonladder
    Een diatonische toonladder is een toonladder met halve en hele toonafstanden:
    C majeur: c – d – e – f – g – a – b (de witte toetsen van een piano of de knoppen van een diatonische accordeon)
    C mineur: c – d – eb – f – g – ab – bb
  • Hertz
    eenheid voor frequentie.
    1 Hz = 1 trilling per seconde.
  • Cent
    logaritmische eenheid voor het verschil in toonhoogte ten opzichte van een toon in de toonladder.
    1200 Cent = 1 Octaaf.
    100 Cent = de afstand tussen 2 opeenvolgende semitonen in een gelijkzwevende toonladder.
  • Frequentiespectrum
    alle frequenties die voorkomen in een geluid. Het frequentiespectrum kan weergegeven worden in de vorm van een grafiek.
  • Wisseltonig
    De term ‘Wisseltonig’ wordt gebruikt om aan te geven dat een toets van accordeon-achtig instrument bij dichtgaande en opengaande balg een andere toon geeft. Voorbeelden: bandoneon, trekzak, mondharmonica.
  • Stemtafel
    Een (werk)tafel met allerlei voorzieningen om de tongen van een accordeon te kunnen stemmen.

Keuze en plaatsing van de microfoon

De nauwkeurigheid van de microfoon
Voor het stemapparaat is alleen de frequentie van het gemeten geluid belangrijk. De geluidsterkte maakt niet uit. De gevoeligheid van de microfoon is niet belangrijk. De nauwkeurigheid van de gemeten frequentie wel. Dit is echter bij elke microfoon ruim voldoende.

Extern aangesloten of ingebouwd
Een ingebouwde microfoon zoals die in de meeste laptops aanwezig is, is niet altijd bruikbaar. Hij vangt meer omgevingsruis op dan een extern op de geluidskaart of op USB aangesloten microfoon. De behuizing van de laptop vangt geluiden en trillingen op en geeft deze door aan de microfoon. De ventilator van de laptop is een belangrijke bron van omgevingsruis. Een ingebouwde microfoon kan ook vaak de laagste frequenties niet registreren. Een ander, nadeel van de ingebouwde microfoon is dat deze niet (of moeilijk) goed te positioneren is ten opzichte van het instrument. Een externe microfoon, met een draad, kan eenvoudig op de gewenste locatie geplaatst worden.

De afstand van de microfoon naar het instrument
Hoe dichter de microfoon op het instrument is geplaatst, des te kleiner is de invloed van het achtergrondgeluid in verhouding tot het geluid van het instrument. Een kortere afstand zal de meetnauwkeurigheid verbeteren.
Digitale effecten
Sommige microfoons zijn voorzien van software (zogenaamde drivers) die door middel van digitale effecten het geluidssignaal kunnen bewerken. Dit zijn effecten zoals galm, bromfilters, stereoversterking, richtingsgevoeligheid en ruisonderdrukking. Deze effecten vervormen het gemeten geluidssignaal waardoor het stemapparaat niet goed kan functioneren. Deze effecten moeten in de software van de microfoon uitgeschakeld worden. De microfooninstellingen ‘boost’, ‘sensitivity’, ‘volume’, ‘gain’ en ‘balance’ zijn geen probleem.

Conclusie
Een externe microfoon die met een kabel aan de computer verbonden is heeft de voorkeur omdat deze eenvoudig op de juiste locatie geplaatst kan worden. In de praktijk blijkt een eenvoudige dynamische microfoon zoals vaak bij een geluidskaart meegeleverd wordt goed te voldoen. Het frequentiebereik van een dergelijke goedkope microfoon is meestal niet bekend. Vooral voor de lagere tonen kan een kwalitatief betere dynamische microfoon betere resultaten geven. Een USB microfoon voldoet ook goed. In dat geval wordt de interne geluidskaart van de computer niet gebruikt, wat een voordeel kan zijn. De veel duurdere condensatormicrofoons zijn wel bruikbaar, maar geven geen beter resultaat. Digitale effecten in de microfoonsoftware moeten uitgeschakeld worden!

Het stemapparaat voor de eerste keer gebruiken

Select the sound input
Selecteer de geluidsingang
Om het stemapparaat te kunnen gebruiken is het noodzakelijk om de gewenste geluidsingang te selecteren en in te stellen. Meestal zal dit een microfoon zijn. Bij de eerste keer opstarten van het stemapparaat wordt daarom het instellingenscherm weergegeven.

In het bovenstaande instellingenscherm is het linker deel van belang voor het selecteren en instellen van de geluidsingang. Bij ‘Select the recording device’ selecteert u de geluidskaart. De verschillende geluidsingangen van de geselecteerde geluidskaart worden bij ‘Select the sound input in the recording device’ opgesomd. Hier selecteert u de te gebruiken geluidsingang.

Het resulterende signaal van de geselecteerde ingang wordt in de grafiek onderaan weergegeven. Het stemapparaat werkt het beste met een zo sterk mogelijk ingangssignaal, maar om vervorming van het signaal te voorkomen mag het signaal niet helemaal boven of onderin de grafiek terecht komen. Met de schuif ‘Sensitivity’ wordt de gevoeligheid van de geluidsingang ingesteld. Als een microfoon is geselecteerd en het signaal erg zwak is kan het vinkje ‘Microphone boost’ aangezet worden om het signaal extra te versterken.

Als de stereo ingang een "Balansschuif” heeft, moet deze in het midden worden ingesteld.
De knop ‘Windows Recording Control for the selected device’ start het instellingsscherm van Windows voor de geluidsingangen op. Dit scherm is meestal niet nodig.

Soms is er een brom (50 of 60 Hz) op de geluidsingang hoorbaar. Dit wordt over het algemeen veroorzaakt door slechte aarding of slechte voeding. Een 50 of 60Hz brom in het geluidssignaal kan uitgefilterd worden door het desbetreffende vinkje voor de ‘Hum filters’ aan te zetten. Het niet gebruiken van deze filters kan leiden tot ongewenste detectie van bepaalde tonen, bijv. G1 (49Hz), A#1 (58,27Hz) of B1 (61,74Hz).
Tooltips
Als u het muispijltje boven een knop of een venster houdt, wordt een "tool tip" weergegeven. Een tooltip is een klein tekstschermpje met uitleg over de desbetreffende knop of scherm.

Het stemproces met het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat

Automatische toon detectie
Het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat detecteert automatisch de toonhoogte van de klinkende toon. De gedetecteerde toon wordt weergegeven in het Toonnaam venster. Zodra de gedetecteerde toon stabiel is, verschijnt het woord ‘Lock'. Nu verandert de gedetecteerde toon niet meer naar een andere. Na een paar seconden stilte kan de volgende toon worden gestemd.

De gedetecteerde toon wordt weergegeven in het Toonnaam venster.

Stemmen met het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat

  1. Start het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat op uw computer op. Sluit de microfoon aan. Het is aan te raden om de microfoon op een rubberen matje of een kussentje te plaatsen, zodat er geen trillingen van de vloer worden opgevangen.
  1. Controleer in de linker bovenhoek of de juiste microfoon geselecteerd is.

    Controleer in de linker bovenhoek of de juiste microfoon geselecteerd is.
  2. Zorg voor een rustige omgeving met minimaal omgevingsgeluid. Met name doorlopende, eentonige geluiden, zoals het geluid van een ventilator of een aquariumpomp, maken nauwkeurige meting moeilijker.
  3. Gebruik de knop “tongen” om te specificeren of u een enkele tong of een tremolo tongenpaar stemt. Als er 2 tongen gelijktijdig klinken, moet het aantal tongen op 2 zijn ingesteld. Als er slechts 1 tong klinkt, moet het aantal tongen op 1 zijn ingesteld.
  1. Nu kunt u het werkelijke proces starten om uw mondharmonica te stemmen. Speel de tong die u wilt stemmen en let op de rode naald in het onderste deel van het venster. Bij het meten van de toonhoogte van een tong is het essentieel om te spelen met een open en ontspannen kaak- en keelpositie, waarbij een constante maar zachte luchtstroom wordt behouden. Als u dit niet doet, is het erg moeilijk om een nauwkeurige meting te krijgen, aangezien de keelvorm en de luchtdruk de frequentie kunnen vertragen waarmee de tong oscilleert en dus de meting beïnvloed. Het variëren van uw luchtdruk en keelvorm maakt het sowieso moeilijk om een stabiele toonhoogte te produceren. Wees voorzichtig. Wanneer de naald een stabiele lezing op nul geeft, is de tong goed gestemd. In de praktijk kan een tong nooit perfect gestemd worden, maar dit is niet echt nodig, aangezien het menselijk oor gewoonlijk geen kleine afwijkingen in toonhoogte detecteert.

    Gelieve ook het volgende in gedachten te houden: De toonladder achter de naald is in Cent gekalibreerd. 100 Cent op toonhoogte B1 is gelijk aan slechts 3,57 Hertz. 100 Cent op toonhoogte C8 is echter gelijk aan 241,92 Hz. Daarom moeten hoge tonen nauwkeuriger worden gestemd (uitgedrukt in Cent) dan lage tonen. C8 mag niet meer dan 0,1 Cent afwijken, maar B1 mag afwijken tot maximaal 3 Cent.

    De gedetecteerde toon wordt weergegeven in het Toonnaam venster.
  1. Als de toonhoogte te laag is, vijl dan een beetje materiaal van de punt van het bovenste oppervlak van de tong. Als de toonhoogte te hoog is, schraap een beetje materiaal van de basis van de tong voor de klinknagel. Ga zorgvuldig door en oefen zo min mogelijk druk uit om de plaatsing en uitlijning van de tong niet onbedoeld te veranderen. Voordat u uw mondharmonica probeert te stemmen, bestudeer de gedetailleerde instructies die in de tutorial op de website worden getoond eerst zorgvuldig.

    Als de toonhoogte te laag is, vijl dan een beetje materiaal van de punt van het bovenste oppervlak van de tong.
  2. Na het stemmen zijn alle tongen op uw mondharmonica goed gestemd en klaar om te worden bespeeld. Vergeet echter niet dat zelfs met het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat, u nog steeds een gevoel moet ontwikkelen om de stemgereedschappen te hanteren en ook moet u leren om op de goeie manier te ademen tijdens het meten van de toonhoogte om een goed resultaat te behalen. Nauwkeurig stemmen vereist ervaring, dus geduld is nodig. Vanwege een aantal factoren kan de toonhoogte van een tong veranderen gedurende het stemproces en kunnen er nog aanpassingen nodig zijn. Met instrumenten met enkele tongen adviseren wij u altijd om te controleren dat intervallen, zoals octaven geen zweving vertonen. het HOHNER Mondharmonica-stemapparaat is een onmisbaar stemhulpmiddel, maar uw eigen gehoor is degene die dit uiteindelijk beoordeeld.

Functies van het stemapparaat

Het ingangssignaal
Het geluidssignaal dat het stemapparaat gebruikt voor zijn metingen wordt door middel van de golfvorm bovenin het venster van het stemapparaat weergegeven. De mate waarin het signaal op en neer gaat geeft de sterkte van het ingangsgeluid aan. Als het geluid zo sterk wordt dat het niet meer in het scherm zou passen, dan wordt het signaal niet sterker weergegeven zodat het altijd in het scherm past. De naam van de geluidsingang die gekozen is in het instellingenscherm (Menu – Tuner Settings) wordt ook in dit scherm weergegeven. U kunt dit scherm gebruiken om te controleren of het ingangssignaal aanwezig is.

De gedetecteerde toon wordt weergegeven in het Toonnaam venster.
De gedetecteerde toon
De gedetecteerde toon wordt als een letter, een octaafnummer en eventueel een kruis weergeven in het toonscherm van het stemapparaat. De frequentie van de A4 wordt weergegeven in de linkerbovenhoek. Zodra de gedetecteerde toon stabiel is, verschijnt het woord ‘Lock'. Nu verandert de gedetecteerde toon niet meer naar een andere. Na een paar seconden stilte kan de volgende toon worden gestemd.

De gedetecteerde toon wordt als een letter, een octaafnummer en eventueel een kruis weergeven in het toonscherm van het stemapparaat.
Het frequentiespectrum van de gedetecteerde toon
Het frequentiespectrum van de gedetecteerde toon wordt grafisch weergegeven in het frequentiespectrum-venster. De horizontale as geeft de frequentie weer en de verticale as de amplitude. Een klinkende tong veroorzaakt een piek in het frequentiespectrum en de rode golfvorm geeft het frequentiespectrum van de gedetecteerde toon weer. De hoge piek in de rode lijn stelt de gemeten frequentie weer; deze wordt met een blauwe verticale lijn gemarkeerd. De verticale grijze lijn geeft de gewenste frequentie aan van de gedetecteerde toon.

Het frequentiespectrum van de gedetecteerde toon.
De afwijking van de frequentie van de tong
De afwijking van de tong van de doelfrequentie wordt numeriek weergegeven in het venster “Cent 1" en wordt ook weergegeven door middel van een bewegende rode naald (onderin het venster). In de “2 tongen” modus wordt de afwijking van de tweede tong getoond in het venster "Cent 2" en wordt weergegeven door middel van een tweede rode naald. De twee klinkende tongen produceren zwevingen die in het venster “zweving” worden getoond.

Bij het stemmen van de twee tongen van een tremolo-tongenpaar, stem altijd de eerste tong met behulp van venster "Cent 1" of de rode naald. Bij het stemmen van de tweede tong, gebruik altijd het venster “zweving”. Dit is de enige manier om de zwevingen nauwkeurig te stemmen! Gebruik het venster "Cent 2" of de tweede rode naald niet.

De afwijking van de frequentie van de tong.
De gewenste hoeveelheid zweving
Elk tremolo tongenpaar moet op een bepaalde snelheid zweven. De lage tonen hebben andere zwevingen nodig dan de hoge tonen. U kunt de gewenste hoeveelheid zweving in het stemapparaat-instellingenscherm instellen: Menu - Stemapparaat-instellingen. De gewenste zwevingen voor de gedetecteerde toon worden getoond in het venster "Gewenst". Tijdens het stemmen van de tweede tremolo tong, probeer de gemeten zwevingen te gelijk te maken (venster "zwevingen”) aan de gewenste zwevingen (venster “Gewenst”).

De A4-frequentie
De A4-frequentie die door het stemapparaat wordt gebruikt, kan in het instellingsscherm worden ingesteld: Menu - Stemapparaat-instellingen. Alle andere tonen worden dienovereenkomstig aangepast.
Het stemapparaat bevriezen
Het stemapparaat kan bevroren worden zodat de weergegeven waarden en grafieken bewaard blijven en rustig afgelezen kunnen worden. Druk hiervoor op de "Bevriezen" knop. Hetzelfde resultaat wordt verkregen door op de spatiebalk te drukken.

Het stemapparaat bevriezen.

De nauwkeurigheid van het stemapparaat

De maximale afwijking in Hertz en in Cent
De nauwkeurigheid van het stemapparaat is beter (minder) dan 0,1 Hertz (geluidsgolven langer dan 10 seconden). De nauwkeurigheid in Cent verloopt over het bereik van het stemapparaat omdat een Cent een relatieve eenheid is. Het interval tussen twee opeenvolgende halve tonen in Hertz neemt toe als de toonhoogte hoger wordt, terwijl het interval in Cent per definitie altijd 100 is. Een paar waarden van de nauwkeurigheid van het stemapparaat in Cent: C1: 5,2 Cent, C2: 2,6 Cent, C3: 1,4 Cent, C4: 0,6 Cent, C5: 0,4 Cent, C6: 0,16 Cent, C7: 0,08 Cent, C8: 0,04 Cent. In Cent gezien is het stemapparaat dus nauwkeuriger naarmate de toonhoogte hoger wordt.

Hoorbare toonhoogteverschillen
Het kleinste toonhoogteverschil wat door het menselijk oor waar te nemen is, is ongeveer 2 Hertz. De nauwkeurigheid van het stemapparaat van ± 0,1 Hertz is van een andere orde van grootte. Deze hoge mate van nauwkeurigheid is nodig om de zwevingen tussen twee tongen te meten. Een verandering in het toonhoogteverschil van meer dan ongeveer 0,1 Hertz zorgt voor een merkbare verandering in de snelheid van de zwevingen.
Automatische kalibratie
Het stemapparaat maakt voor zijn metingen gebruik van de geluidskaart. Om eventuele afwijkingen in de geluidskaart te compenseren voert het stemapparaat een automatische kalibratie uit. Een handmatige kalibratie zoals die vaak op conventionele stemapparaten mogelijk is (met een stelschroefje bijvoorbeeld), is niet nodig. Hierdoor zijn de metingen van het stemapparaat altijd nauwkeurig.

De interne nauwkeurigheid
Het stemapparaat toont de gemeten fouten op 1 of 2 decimalen (cijfers na het decimale punt). Intern berekent de tuner op 7 decimalen. Vlak voordat een afwijking wordt weergegeven, wordt het getal afgerond op 1 of 2 decimalen.
Navigeer naar de bovenkant van deze pagina